Niels Holgersson's Wonderbare Reis
Book Excerpt
De ganzen liepen naar elkaar toe, staken de koppen bij elkaar en vroegen: "Wie kan dat gedaan hebben? Wie kan dat gedaan hebben?"
Maar het vreemdste van alles was, dat de jongen verstond wat ze zeiden. Hij was zoo verbaasd, dat hij op het stoepje bleef staan luisteren.
"Dat komt zeker, omdat ik in een kabouter ben veranderd," zei hij. "Daarom zeker versta ik nu de taal van de vogels." Hij vond het onuitstaanbaar, dat de kippen maar niet ophielden te roepen, dat het zijn verdiende loon was. Hij gooide ze met een steen en riep. "Houdt je stil, schooiers!"
Maar hij had er niet aan gedacht, dat hij niet meer zoo was, dat de kippen bang voor hem hoefden te wezen. De heele troep kippen rende op hem toe, ging om hem heen staan en riep: "Ka, ka, ka! dat is je verdiende loon! ka, ka, ka! dat is je verdiende loon."
De jongen probeerde weg te komen, maar de kippen vlogen hem na, en schreeuwden, zoodat hij