Salome en Een Florentijnsch Treurspel
Book Excerpt
SALOME: Nu spreekt hij van mijn moeder.
DE JONGE SYRIËR: O neen, Prinses.
SALOME: Ja, hij spreekt van mijn moeder.
JOKANAÄN: Waar is zij die zich gegeven heeft aan de hoofdmannen der Assyriërs, die zwaardriemen dragen om hun lendenen, en op hun hoofden tiara's van onderscheiden verven? Waar is zij die zich gegeven heeft aan de jonge mannen uit Aigypte, die bekleed zijn met fijn linnen en paars purper, die schilden dragen van goud en helmen van zilver, en wier lichamen geweldig zijn? Zegt haar dat zij oprijze van het leger harer onkuischheid, van haar overspelig leger, opdat zij hoore de woorden van hem die den weg des Heeren bereidt; opdat zij zich bekeere van hare zonden. Hoewel zij zich nimmer bekeeren zal, maar blijven zal in hare verfoeiselen, zegt haar te komen; want de roede des Heeren is in zijne hand.
SALOME: Deze mensch is verschrikkelijk