Fulco de Minstreel
Book Excerpt
"Dan kan hij nog niet ver af zijn!" riep Jonker Jan, zich naar buiten spoedende, doch--zooals de lezer weet, ook daar was de roover hem te vlug geweest.
Gijsbrecht trok Bertha naar zich toe en sloeg haar zijn arm om den hals.
"Maar mijne Bertha, mijne lieve bruid, hoe komt het toch, dat ik u in dit noodweer hier aantref? En wat gebeurde er toch eigenlijk?"
"Juist dit noodweer heeft mij hier eene schuilplaats doen zoeken, Gijsbrecht," zeide de Jonkvrouw. "Ik wist immers, dat je heden komen zoudt? Mijn verlangen naar u deed mij u tegemoet rijden, in de meening, dat ik u weldra zou tegenkomen. Maar je kwam zoo laat, Gijsbrecht, en .... "
"Ja, 't werd later dan ik gehoopt had, Bertha. Er was nog zooveel in orde te brengen op het kasteel, ten einde mijne schoone Bertha met eere als Edelvrouw te kunnen ontvangen, dat het mij waarlijk onmogelijk was vroeger te komen."
"Eindelijk werd ik door het onweer overvallen," vervolgde de Jonkvrouw, "en vond ik in deze hut eene s